Minder stookkosten? Kijk uit voor dierenleed!

Nederland bespaart deze winter massaal op stookkosten. De gasprijzen zijn hoog en de bankrekeningen raken leeg. De kachels gaan een graadje lager en staan alleen aan als de bewoners thuis zijn. De menselijke bewonder althans, want de huisdieren zitten steeds meer in de kou. En dat is niet ongevaarlijk.

Dierenleed

Zelf trek je een warmere trui aan, maar je dier heeft niet altijd de mogelijkheid om de warmte op te zoeken. Voor sommige dieren, zoals fitte honden met een dikke vacht, is dat geen enkel probleem. Sterker nog: die vinden de koelte vaak wel lekker. Maar oudere, zieke dieren, dieren met een dunne vacht en dieren die van nature geen kou gewend zijn, kan het wel problemen opleveren.  

Winterslaap

De goudhamster is een goed voorbeeld van een dier dat sterk reageert op de temperatuur. Bij temperaturen onder de 15⁰C raken zij in een winterslaap. Levensgevaarlijk, aangezien deze dieren zich daar niet op hebben voorbereid. Ze missen de vetreserves en hebben niet voldoende kracht om de winterslaap door te komen. Daarnaast beseffen veel mensen zich niet dat de hamster in winterslaap kan raken. Het komt dan ook regelmatig voor dat hamsters levend worden begraven.

Maatregelen

Hoe kun je je dier het beste de koude tijd doorhelpen? Zorg sowieso voor warme plekjes waar de dieren zich in kunnen terugtrekken (let op verstikkingsgevaar!). Denk aan dekentjes, mandjes en voor konijnen en knaagdieren extra hooi en eventueel een warmtematje. Zorg ook dat de temperaturen niet teveel schommelen, daar kunnen met name cavia’s slecht tegen. In het geval van aquaria en terraria is het belangrijk om goed te controleren of het verwarmingselement strek genoeg is om een sterk afkoelende omgevingstemperatuur te reguleren. Houd oudere, hele jonge en zieke dieren extra in de gaten!

Onderkoeling

Onderkoeling is levensgevaarlijk. Het kan ontstaan als dieren langere tijd in een te koude omgeving zijn geweest. Hoe meer een dier onderkoeld raakt, hoe minder goed de orgaansystemen werken. In sommige gevallen kun je dit probleem zelf oplossen, maar vaak moet de hulp van een dierenarts ingeroepen worden. Het dier:

  • is suf en wil/kan niet opstaan;
  • is gedesoriënteerd;
  • heeft koude lichaamsdelen, voornamelijk poten en oren;
  • heeft een borstelende vacht (overeind staande haren);
  • ademt oppervlakkig;
  • rilt.